Vaarwel - Ernst Jansz
Ik zit hier op een klein station
Men heeft de tafel al gedekt
De trein naar simpelveld vertrekt
In een kille noorderzon
Ik heb hem al te goed gekend
Die aankomt en weer verder gaat
En alles steeds weer achterlaat
Zo heb ik zelf ook vaak gestaan
Op een mistig grijs perron
Verlaten wat maar net begon
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
En stond zij in de morgenkou
Zo uit het warme smalle bed
Waar zij in het donker nog daarnet
Gefluisterd had
Ik hou van jou
Verlegen zwaaiend en alleen
Tussen staal en uithangborden
Zag ik haar steeds kleiner worden
Zo reed ik weer bij haar vandaan
Die ik toch ook heb liefgehad
Zo reisde ik van stad naar stad
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Ik heb die beelden jarenlang
Zorgvuldig in mijn hoofd bewaard
De allermooiste opgespaard
Waarnaar ik soms nog wel verlang
Nu zie ik helder elk gezicht
Schrijf met mijn vinger elke naam
Op het beslagen vensterraam
Zo zeg ik hen voorgoed vaarwel
Laat ik hier mijn tafel dekken
Zonder mij de trein vertrekken
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel
Vaarwel